|
||||||||
Aan de naam te zien, zou je ’t niet zeggen, maar Baro Drom is een heus “orkestar”, met het Italiaanse Firenze als thuisbasis.Violist Vieri Bugli, accordeonist/toetsenman Modestino Musico, Bassist Michele Staino en drummer Gabriele Pozzolini zijn met deze “Nisba” aan hun derde plaat toe en hebben -vooral- honderden concerten op festivals in en ver buiten Italië op hun actief staan. Dat maakt dat ze als kwartet inmiddels perfect op elkaar ingespeeld zijn en dat ze er op die manier in slagen als een volwassen fanfare te klinken, zoals we ooit zelf mochten vaststellen, toeb ze in Gent passeerden. Van de negen nummers op dit korte plaatje (34’) zijn er vijf zogeheten “traditionals”, van verscheiden komaf: opener “Bucimis” stamt uit Bulgarije en krijgt hier een (niet-helemaal) reggae versie aangemeten. Van even verderop, met name Mongolië en Uyguristan komt het wellicht hertitelde “Give You a Rose”, een heel lieflijke melodie, die me niet onbekend in de oren klinkt, maar waar ik nog even verder naar moet zoeken om bij een andere versie uit te komen. De tweeling “Kofton vs. Sirba”, de een een zeybekdans, de ander een heuse sirba, die heerlijk aan elkaar genaaid worden -door ondermeer Modena City Rambler Massimo Giuntini-, hebben wortels in Cyprus en Roemenië, terwijl het ultra-virtuoze “Salamuri” van Georgische origine is, zijn naam ontleende aan een fluittype, dat door Baro Drom vervangen wordt door viool en accordeon.”Cupino Kolo” tenslotte is de naam van een heel populaire dans in Servië en Albanië. De vier originals zijn gewijd aan de legendarische Braziliaanse voetballer Garrincha, in deze kolommen ook bekend als de echtgenoot van zangeres Elza Soares, terwijl bij sportliefhebbers zijn magische dribbels herinneringen blijven oproepen, hier tot leven gebracht middels een sample van de stem van gelegenheidsvoetbalcommentator Gabriele Mori, in zijn dagelijkse leven zanger de Ragazzi Scimmia, stadsgenoten van Baro Drom. “U.F.O.3 staat hier voor “Unidentified Flying Orkestar” en krijgt een leuke, ietwat spacey klinkende farfisa invulling. Voor “Kalumbu” wordt de oud van Tunesiër Achref Chargui ingehuurd, die ook al in “Cupino Kolo” te horen was en die een zoveelste oriëntaalse accent weet toe te voegen aan een plaat, die extreem geschikt is voor lijf en leden, maar tegelijk aandacht heeft voor met plezier van de mensen die muziek uitsluitend gebruiken als verwennerij voor hun trommelvliezen en Eustachiusbuizen. Ik denk dat je deze muziek bij voorkeur live meemaakt, maar de ervaring van de voorbije dagen en weken leert me dat je allerminst depressief van wordt, als je dit schijfje meeneemt in de auto. Heel leuke, goed gespeelde, goed gevarieerde en verrassende folkplaat. (Dani Heyvaert)
|
||||||||
|
||||||||